Benzine in de bonensoep
Op haar zesde maakte Loes van Bergen-Bloemendaal in de Veronicastraat in Arnhem-Zuid “de Slag om Arnhem” mee. Via Huissen en Heerde kwam ze met haar familie uiteindelijk in Harlingen terecht.
Loes ging in september 1944 net een week naar de eerste klas van de lagere school. Haar vader had als gedemobiliseerd militair in krijgsgevangenschap gezeten en was vervolgens ondergedoken om aan de Arbeitseinsatz te ontkomen. Op 17 september 1944 was hij net weer terug bij zijn gezin. De eerste vliegtuigen en de parachutisten in de verte vormden die dag vooral een mooi schouwspel. Maar tijdens de beschietingen rond de Rijnbrug kwam de oorlog gevaarlijk dichtbij. ”Mijn moeder kreeg een kogel op haar hand die dwars door de voorruit van ons huis was gekomen, maar te weinig kracht had om haar te verwonden”.
Toen de familie Bloemendaal van de Duitsers het bevel kreeg het huis te verlaten, werd Loes samen met haar oma, een vriendinnetje en de hoogstnoodzakelijke spullen op de handkar van een buurman geladen. De mooie poppenwagen, die zij voor haar zesde verjaardag cadeau had gekregen, moest ze achterlaten. Met zeven gezinnen uit de straat kwamen ze in de groenteveiling van Huissen terecht, waar nog meer vluchtelingen verbleven. Ze sliepen in het stro en kregen eten van de huishoudschool, maar dat werd hen niet altijd gegund: ”Een mof gooide bij zijn vertrek een blikje benzine in de pan met bonensoep die voor ons klaarstond”.
Na een paar dagen moesten ze de Rijnbrug oversteken, met Duitse vliegtuigen boven hun hoofd. Omdat Velp al vol zat met evacués, moesten ze verder. Loes weet nog dat ze op een lange dijk liepen en dat ze zo moe was dat ze op een paaltje ging zitten. In Heerde waar ze met zijn tienen een tijdje verbleven, kreeg haar moeder zeep van de Klok Zeepfabriek cadeau. Na een kort verblijf in Welsum trokken ze verder naar het Noorden. Via familie in Grou en Sneek kwamen ze in Harlingen terecht. Het liefst waren ze overgestoken naar Terschelling waar familie woonde, maar dat was vooral voor haar vader te gevaarlijk.
Pas na de bevrijding maakte de familie Bloemendaal de overtocht naar Terschelling en nam haar vader voor de terugkeer naar Arnhem uit een Duitse bunker een soepketel mee. Die doet nu nog dienst als plantenbak. En uit dankbaarheid gebruikt Loes nog steeds zeep van het merk Klok.
Plaats een reactie
Wilt u een reactie geven?